Vervoer was cruciaal op elke boerderij in Vlaanderen. Tot de doorbraak van de tractor in de jaren 1950 verliep het landbouwvervoer met paard en kar. Wagens – vier wielen – en karren – twee wielen – werden overal gebruikt. Vooral in West- en Oost-Vlaanderen gebruikten de landbouwers een opvallende tussenvorm: de driewielkar. Collectie Bulskampveld en het Karrenmuseum in Essen bewaren de meeste exemplaren.
Een landbouwer verspreidt stromest over het land met zijn driewielkar, Oostende, 1938-1939. © Fernand Hoste, Collectie Fernand Hoste
Doorgaans bestond een driewielkar uit een onderstel met drie wielen en een laadbak. Het bijzondere aan het voertuig was dat de twee balken van het onderstel naar voren naar elkaar toe buigen. Via een draaischijf en een stevige bout was het voorwiel bevestigd aan het onderstel. Hierdoor was de kar heel wendbaar en kon de landbouwer zeer kort er mee draaien. De voorkant van de laadbak was met een spil aan het onderstel bevestigd zodat de bak kan kippen. Het voor- en achterbord van de laadbak was afneembaar en op elke zijkant konden verhoogstukken worden geplaatst. Op die manier ontpopte de driewielkar zich tot een zeer praktische multifunctionele kar.
In tegenstelling tot wagen en kar is de driewielkar geen eeuwenoud voertuig. Op basis van wagenmakersrekeningen, oude inventarissen en historisch beeldmateriaal zijn de oudste voorbeelden te dateren rond het begin van de 19de eeuw. Op de West-Vlaamse boerderij was de zeer wendbare driewielkar het meest gebruikte vervoermiddel. Onder meer werktuigen zoals de ploeg en de eg maar ook mest en zaaigoed werden ermee naar het land gebracht. Voor het transport van aardappelen, bieten en rapen plaatste de boer verhoogstukken op de laadbak. Ook dieren werden ermee vervoerd. Door het kantelen van de bak kon je de lading gemakkelijk afleveren. Bij sommige driewielkarren was het mogelijk om de laadbak af te nemen en te vervangen door een beerbak. De beerkar werd gebruikt voor het vervoer van vloeibare mest.
Driewielkar uit de Collectie Bulskampveld met inventarisnummer 302.
CAG bewaart zo'n 25 driewielkarren in de Collectie Bulskampveld. Ben je benieuwd naar de driewielkarren in de collectie? Je kan ze bekijken via Erfgoedinzicht.be!